Gezonde snoepjes / voerbeloningen
Als je gezonde darmen hebt, heb je een gezond lichaam. Dat is wat ik eigenlijk altijd vertel. Het overgrote deel van jouw weerstand begint in jouw darmen.
En daar zit meteen ook het grootste struikelpunt. In de voeding die we onze paarden geven zit vaak veel suiker en te veel zetmeel. Dit kan het lichaam van jouw paard gewoonweg niet verteren en vraagt dus om problemen 😉.
De spijsvertering
Laat me je even kort meenemen in hoe voeding wordt verteerd. Het voedsel gaat van de mond naar de maag en dan naar de dunne darm. In de dunne darm vindt de vertering van zetmeel, eiwit en vetten plaats. Grote moleculen van zetmeel, eiwit en vet worden door de opname van water gesplitst in kleinere moleculen. Wanneer ze klein genoeg zijn worden ze door de darmwand heen opgenomen.
De dunne darm
In de dunne darm kan maar een beperkte hoeveelheid zetmeel worden verteerd, dit komt omdat er een bepaalde hoeveelheid aan amylase – het verteringsenzym voor zetmeel – wordt aangemaakt. Als er teveel zetmeel in dunne darm komt, dan is er te weinig amylase om al het zetmeel kunnen verteren. Het gevolg is dat de rest van het onverteerde zetmeel door zal gaan naar de blinde en dikke darm.
De dunne darm kan suikers verteren, hiervoor is geen amylase nodig. De overige enzymen in de dunne darm zijn voldoende aanwezig om de suikers om te nemen. Maar pas op, suikers zijn niet gezond voor een paard. Het veroorzaakt schommelingen in het bloedsuiker en insulinespiegel. Dit vergroot de kans op insulineresistentie. Ook komt het voor dat er hierdoor in dunne darmwand een ontsteking ontstaat.
De dikke darm
Terug naar dat zetmeel in die darmen: De zetmeelrijke voedselresten stromen dan door naar de dikke darm, waar ze niet thuishoren. Hier vormen ze voedsel voor onder andere melkzuurbacteriën. Wanneer deze gevoed worden kunnen ze vermeerderen. Een gezonde darmflora mag echter maar voor een heel klein deel uit melkzuurbacteriën bestaan. Melkzuurbacteriën eten deze voedselresten en zetten deze om in melkzuur. Dat is een stofje waar een paard niks mee kan. Dit moet dus afgevoerd worden, maar als dit in te grote hoeveelheden geproduceerd wordt kunnen de lever en nieren dat niet (snel genoeg). En ook zij kunnen uiteindelijk in onbalans komen doordat ze hun taak niet goed meer uit kunnen voeren.
Die afvalstoffen..
Maar wat gebeurd er dan met alle afvalstoffen als de lever en de nieren hun oorspronkelijke werk niet meer kan afvoeren?
Die afvalstoffen zouden namelijk normaal gesproken door deze organen worden verwerkt. Nou, vanaf het moment dat jij aan de buitenkant bepaalde symptomen gaat zien speelt er aan de binnenkant al langere tijd een disbalans.
Afhankelijk van waar de zwakke plek in dat darmstelsel zit, krijgt jouw paard dus last van bepaalde symptomen waarvan jeuk en mestwater voorbeelden zijn.
